Meester Panken, deel 4

Meester Peter Norbertus Panken. Wie heeft er niet van gehoord in Westerhoven en Bergeijk.  Maar wie was hij en wat heeft hij dan geschreven over Westerhoven. Ik wil jullie meenemen naar zijn verleden en een aantal stukjes schrijven hierover. Wat schreef hij en wat leren wij daaruit.

In 1848 noteert Panken:

In het begin van Nov. rigten wij, in ons dorpje, Westerhoven, gedurende den winter, eene sociëteit op, welke dit jaar uit 15 leden bestond, beurtelings bij de Kind. J. Schellens en F. Aarts, des woensdags avond gehouden werd en steeds op eene geregelde wijze is afgeloopen. Aangezien men welligt nimmer eene dergelijke verg. alhier had kunnen tot stand brengen, verwonderde dat menigeen. Ook was er ’t eerste jaar geene enkele week geweest zonder dat er vreemdelingen bij tegenwoordig waren. Ik was president, Anton Schellens, secr. Het volgende winterseizoen wed dezelfve ook gehouden.

Panken noemt niet de naam van de sociëteit maar het lijkt op de oprichting van de St. Ambrosiusgilde ofwel “de Biegult”, of de directe voorloper hiervan. In de notitie boekjes van de Biegult wordt een datum 1854 genoemd, maar de oprichtingsdatum is eerder geweest.

En als dat zo was, dan was Panken de eerste president en Anton. Schellens de eerste secr.

In 1852 schreef hij dat het tijd werd om over een nieuwe onderwijzers woning te praten. Het oude stond in de “Erpestraat” (Aarperstraat) en was al lang zeer ondoelmatig en had een klein onvruchtbaar tuintje.

De gemeente had een perceel, maar Panken vond dat niet goed. uiteindelijk kocht hij zelf een perceel wat geschikt was voor de gemeente.

Op vrijdag 2 juli 1852 was zijn nieuwe huis aanbesteed door 3 ambachtslieden voor Fl 1365,79. Men mocht wel de goede stenen en hout van het oude huis gebruiken. Op 5 juli werd dat afgebroken en op 2 aug begon men aan het nieuwe huis. Op 20 aug werd de eerste steenlegging gedaan in het midden van de muur rechts naast de voordeur. De burgemeester legde een steen links.

Deze woning is gebouwd aan de provinciale weg tegenover het Mgr Biermansplein.

In augusus 1858 schreef hij dat sms enige tijd bij de bouw was van een raadhuis en een fabriek die in de nabijheid van zijn woning gebouwd werden. Dat is op de plaats waar ook het laatste gemeentehuis heeft gestaan. Hij noemt het raadhuis een sierlijk gebouw met een verdieping. Ook geeft hij aan dat er niet eerder zo’n gebouw was, maar dat men steeds een kamer huurde. En dat was vaak in het cafe waar nu het wapen van Westerhoven zit. De fabriek die gebouwd werd was van Jacobus van Deijck. Het was een fabriek voor het weven van kousen. Dit is het pand links naast het oude gemeentehuis. Het huis werd in 1859 opgeleverd.

Op 27 dec 1858 was er in Westerhoven een commissie vergadering over de eerste harde weg doro de dorpen. Een grindweg van Belgie naar Luyksgestel, Bergeijk, Westerhoven, Dommelen,  Valkenswaard enz.

Dit werd te Westerhoven verworpen. Later is in een provinciale zitting in 1866 bepaald dat de weg er toch moest komen.

In 1869, op woensdag 16 febr kreeg Westerhoven een fraaije brandspuit die in Amsterdam vervaardigd was. Nog nooit had Westerhoven er een gehad. In het jaar ervoor waren er in de omgeving verschillende grote branden geweest.

Door onze oud-burgemeester  Wim van Nuenen is in 1981 onderzoek gedaan naar de brandweer van Westerhoven. Een eerste reglement voor de brandbestrijding is al van 5 maart 1759, maar dat was voor de dingbank Bergeijk, waaronder Westerhoven viel.

Bij de aanvang van ons land in 1822 werd door de nieuwe gemeente Westerhoven dit reglement ook vastgesteld, dus de brandweer bleef bestaan, maar zonder brandspuit.

Tot de aanschaf werd besloten omdat er verschillende branden zijn geweest, waaronder een huis van Samuel Lamm, de voorganger van Meester Panken.

En in 1860 is er weer een grote brand in de Aarperstraat waarbij Riethoven ons komt helpen met hun brandspruit. Bij die brand werden 6 woningen en inboedels beschadigd. Vervolgens was er op 21 juni 1868 weer een brand waarbij de hulp van Riethoven met hun brandspuit nodig was en dus ging men praten over het aanschaffen van en eigen brandspuit. Die uiteindelijk in 1869 kwam.

Burgemeester van Nuenen deed zijn onderzoek naar aanleiding van het 25 jarig bestaan van de vrijwillige brandweer onder leiding van Harry Smolders.

De laatste nieuwe brandweerauto werd onthuld door oud burgemeester Jacques van Beek. Deze auto had de naam Jacques.  Ik stond naast de oud burgemeester toen deze naam onthuld werd. Onder het applaus daarna zei ik tegen hem: “Ik heb toch het idee dat iedereen denkt dat deze auto naar jou genoemd is!!!!

Ik heb het verder maar zo gelaten, per slot van rekening was hij toen de burgemeester .

De volgende keer gaan we weer verder met Meester Panken.

               

Jacques van Veldhoven