Meester Panken, deel 15

Meester Peter Norbertus Panken. Wie heeft er niet van gehoord in Westerhoven en Bergeijk.  Maar wie was hij en wat heeft hij dan geschreven over Westerhoven. Ik wil jullie meenemen naar zijn verleden en een aantal stukjes schrijven hierover. Wat schreef hij en wat leren wij daaruit.

De vorige keer hebben we over een pand gehad dat zeer bijzonder was. De oudste, sterkste, hoogste huis van het dorp in 1884. Lang 25 meter, breed 11,5 meter. Hoogte van de muren was 2,75 m en het dak bedroeg wel 8 meter. Incl schoorsteen was de hoogte 11,80 meter. Meermalen verbouwd met verschillende stenen. Er was zwaar eikenhout gebruikt. Ook werd aangegeven dat onder dit huis muren en fundamenten van een aloud gebouw waren en heeft er een grote kelder onder gezeten. Dit pand werd “de Hoef” genoemd en stond op een paar minuten oostwaarts van de kom met het front naar het zuiden.

Hierboven een kadasterkaart uit 1832. Je ziet een stukje heuvel links en de hele Hoeverstraat in de richting Loveren.  De weg naar beneden (rechts) is de weg naar de valentinuskapel en put. De Provincialeweg bestond uiteraard nog niet.

Er staan huizen op de hoek Heuvel met wat nu de Provinciale weg is. Dan staat er een groep huizen staan in de Hoeverstraat waar nu de boerderij van Jac. Adams,  nr. 60 en het ouderlijk huis van de familie Claas, nr. 58,  is.

Een volgende  groep woningen staat waar nu het paadje van de Steenovens naar de Hoeverstraat is. Onze aandacht gaat naar de eerste groep met een perceel met 1 pand en een perceel met 3 panden. Op het perceel met 1 pand stond en staat nog steeds een boerderij, namelijk die van Jac Adams.

In eerste instantie was mijn aandacht getrokken door de boerderij van Jac Adams. Het is een zeer oude boerderij uit omstr. 1800. De voorgevel is 1,08 m verhoogd ergens tussen 1870 en 1890. Het is een oude langgevel boerderij uit de hallehuisgroep die in de Kempen veel voorkwam. Woonhuis, stal en dan schuur aan elkaar gebouwd met de deuren in de lange zijde. In de schuur (laatste deel) staat een eiken balk met “1800” erin gekerfd. Echter deze balk is een dwarsbalk en geen staander. Door de vele aanpassingen kan de oudste kern van deze boerderij goed terug gaan tot de 17e of 18e eeuw.

Een prachtige boerderij, maar is dit de gesloopte boerderij waarover Panken over schreef?

Ik denk het niet. Ten eerste omdat de boerderij er al lang stond en niet gesloopt is maar alleen steeds is aangepast. En de ingang van deze boerderij ligt op het Noord-oosten en niet op het zuiden zoals Panken omschreef. 

Het pand waarover gesproken werd dat afgebroken werd, heeft vermoedelijk gestaan op de plaats waar de ouders van Jan Claas gebouwd en gewoond hebben in de Hoeverstraat 58. Links hiervan staat  dus de boerderij van Jac Adams. Rechts staat ook een oude boerderij, nu van de familie Vilrockx.

Op de kaart van 1832 staat wel het pand van Jac Adams vermeld maar dat van Vilrockx nog niet. Deze laatste is een langgevel boerderij uit de 3e kwart van de 19e eeuw.

Het pand waarover Mr. Panken schreef werd in 1884 afgebroken en er wordt vermeld dat er 2 boerderijen voor in de plaats gebouwd zijn. Hierbij zijn natuurlijk zoveel mogelijk de oude materialen gebruikt. Een van die boerderijen is die van Vilrockx geweest. Dus gebouwd in 1885. De andere boerderij heeft op de plaats van het huis van Claas gestaan. Die boerderij was kleiner dan  die van Vilrockx en is al voor de 2e wereldoorlog gesloopt, mogelijk als gevolg van het vele oude materiaal dat gebruikt was. Bij die van Vilrockx werden ook nieuwere stenen gebruikt.

Op de oude kadasterkaart staan 3 panden op dat perceel, waarvan ik denk dat tussen 1830 en 1880 het voorste en rechterdeel verbonden zijn geweest. Panken spreekt van een zeer lang deel. Ook heeft hier vermoedelijk net zoals bij de boerderij van Vilrockx de ingang op het zuiden gelegen.

Het pand links op dat perceel is dan de stal of schuur geweest.

Als we kijken naar de eigenaren dan behoorde de gronden in 1832 van het huis van Claas en Vilrockx aan Josephus Vossen. De eigenaar van de boerderij van Jac Adams was Hendrik van Stratum en hij had nog grond links van die boerderij liggen.

De 2 nieuwe boerderijen zijn dus beide gebouwd op de grond van Josephus Vossen. Gelukkig voor ons heeft Mr. Panken in zijn dagboek enkele van de oude stenen  van dat afgebroken pand beschreven. Stenen van 22 cm lang, een maat die niet standaard is. En die stenen heb ik gevonden in het eerste deel van de boerderij van Vilrockx.

Hierboven een stukje van een kadasterkaart uit 1910. Je ziet links de heuvel en van links naar rechts de Hoeverstraat en een stukje Zandstraat. Verder zie je een zandpad liggen rechts van de boerderij van Jac Adams richting Steenovens. Een deel hiervan ligt er nog. De oprit van Adams en Claas. Dan zie je  een blokje op het perceel van Claas en een blokje wat de boerderij van Vilrockx is. Dit bevestigd dat 3 panden op het perceel van Claas zijn vervangen door 1 pand. En omdat er waarschijnlijk veel materiaal van de afbraak in 1884 kwam is het ook goed mogelijk dat de staander in de schuur van Adams afkomstig was van het gesloopte pand.

 Helaas is bij het bouwen van het huis van Claas een heleboel grond ook verwijderd omdat er sprake was van een leemlaag.

Op dat moment was het perceel een weide.

We weten dat er in die wei een oude boerderij gestaan heeft. Maar door de afgraving van de leemlaag zijn ook alle andere sporen uit de grond verdwenen.  Misschien waren de funderingen er al uit gehaald bij het slopen van de boerderij op de grond van Claas. Daarna werd het een weide. En pas veel later is het huidige woonhuis er gebouwd. Helaas spreekt niemand over gevonden puin van een fundering, anders hadden we het zeker geweten. Nu blijven we toch nog in het onzekere.

Op de Hoeverstraat 52 staat op het pand “De Hoef”.  In 1910 bestond dit huis echter nog niet. Op die plaats stond niets. Het was de naam die de grote boerderij van St Jacob te Luik had die stond op de plaats waar Peter Claes en Kitty Claas nu wonen. Deze boerderij zal in 1648 (toen het katholieke geloof in het zuiden verboden werd) zijn functie voor St Jacob te Luik verloren hebben, maar werd dus pas in 1884 gesloopt.

De volgende keer gaan we weer verder met Meester Panken

Jacques van Veldhoven